Wie heeft er dit jaar geen gesprek gevoerd over de slakken in de tuin? Bij Buitenleeft was het niet anders. Een lastige zaak. Zeker als je geen bestrijdingsmiddelen gebruikt. Eén van de vaste vrijwilligers, Swantien, kreeg door de gesprekken in de tuin echter een ingeving en handelde daar gelukkig ook naar. L’escargot staat immers op het menu van elke gezonde egel…
Zo kwam het dat zij contact opnam met ‘Wildopvang Haaglanden’ in de Delftse hout. Hier worden egels binnengebracht door de dierenambulance of particulieren. Egels zijn nachtdieren, dus als egels overdag gevonden worden, is er vaak iets mis. Veel egels worden aangereden, raken verstrikt of worden gebeten door een hond. Swantien hoorde ook van iemand die ‘s ochtends in haar muizenval een egel vond die zijn pootje knel had zitten.
De Wildopvang heeft het er druk mee. Desondanks kun je niet zomaar een egel adopteren (wel sponsoren). Voor de herstelde egels wordt een plek gezocht in de natuur, waar geen pesticiden gebruikt worden. Het liefst een plek waar de diertjes zich kunnen verstoppen en waar weinig drukte van mensen is, zonder honden, verkeer of netten waar ze in verstrikt kunnen raken in de buurt.
De verzorgers van de wildopvang zijn duidelijk beschermend en voorzichtig met de egels.
Na veelvuldig contact zoeken, ontving Swantien vorige week een mailtje dat ze egels mocht komen ophalen.
Er komen veel egeltjes binnen en er is weinig ruimte in de opvang. Daarbij is het al bijna tijd voor hun winterslaap (de egels niet de verzorgers), dus was er enige haast geboden bij de overdracht.
Het management van Buitenleeft en de andere vrijwilligers reageerden enthousiast op de plannen van Swantien. Er was sprake van een kort oponthoud, vanwege een vos die bij de wildopvang werd opgehaald. Blijkbaar geeft een vos dan angstzweet af. De egels ruiken dat goed en kunnen daar weer angstig van worden. Egels kunnen erg goed ruiken. Ze hebben een zesde zintuig dat het orgaan van Jacobson heet. Dit ligt tussen hun gehemelte en de neusholte. Ze kunnen hiermee goed nieuwe geuren leren en onderzoeken. Aldus Swantien, die zich echt in de stof verdiept blijkt te hebben.
“Er gaat een wereld voor me open”, vertelt ze verder. “Dat ze bij de opvang met zoveel eigenschappen van de wilde dieren rekening houden, had ik niet gedacht. Op de plek waar (medevrijwilliger) Nicolette en ik de egels haalden, zaten ook de wezels nieuwsgierig uit hun hokje te kijken. In dezelfde ruimte. Dat zijn blijkbaar geen vijanden van elkaar in het wild.” Swantien wil 101 vragen stellen, maar de verzorgers vinden die niet allemaal even relevant. De namen bijvoorbeeld… Ze hebben wel namen op hun hok staan, maar zodra de egels in de transportbakken zitten, zijn ze niet meer van elkaar te onderscheiden, dus hebben namen eigenlijk geen zin. “Ze komen toch niet als je ze roept”, zegt de verzorgster serieus. “Daar heeft ze gelijk in natuurlijk.”, bevestigt Swantien.
Wanneer de zeven egels één voor één met behulp van de verzorgers in de auto worden gezet, kruipt er eentje telkens uit z’n doos.
“O, dat zal Samantha zijn.”, zegt de verzorgster. “Zij is zo’n wildebras.” Dan maar op schoot voorin, want je weet maar nooit wat Samantha nog meer kan uitvreten. Onderweg horen Swantien en Nicolette af en toe een deksel opengaan, maar aan het eind van de reis zijn ze allemaal toch braaf blijven zitten.
Zeven stuks in totaal, vier vrouwtjes en drie mannetjes, zijn dan gearriveerd op Buitenleeft.
Geen familie van elkaar, maar in de wildopvang wel goede buren, met ieder hun eigen hok. Klaar om hun vrije leven te beginnen. “Gemiddeld wordt een egel vier jaar en vanaf vijf weken kunnen ze zelfstandig leven”, vertelt Swantien, “dan worden ze uit huis gezet. Vaak blijven ze dan nog wel een tijdje met hun broers en zussen op pad gaan ‘s nachts.” Kun je het je voorstellen?
De wildopvang adviseert om ieder dier een eigen hok te geven met voldoende ruimte voor zichzelf en het liefst wat tuinafval om in te wroeten. Ze noemen egels niet voor niets ook wel bosvarkentjes.
Inmiddels is er een groepje vrijwilligers van Buitenleeft aan de slag gegaan met het bouwen van nieuwe hokken voor de egels. Die moeten klaar zijn voor de dieren in winterslaap gaan, hetgeen al vanaf eind Oktober of November het geval kan zijn.
Swantien is erg enthousiast over de voortgang van het project. “Vrijwilliger Doortje had een hok gemaakt, compleet met loopplank. Het is niet te geloven, maar ‘s middags kreeg ik een filmpje van Judith dat er een egeltje om het nieuwe huisje liep te snuffelen. Toen ik ‘s avonds eten kwam geven, lag er al een egeltje in te slapen. De voerbakjes zijn elke avond leeg, al weten we natuurlijk niet echt zeker of de egels dat hebben opgegeten. Er zijn tenslotte meer dieren die kattenbrokken lusten. We hebben voor de ingangen stro gelegd, om de volgende dag te zien of daar overheen is gewandeld. Dat is wel het geval. Er liggen ook egel-uitwerpselen voor de ingangen. De egelhuisjes zijn in het bos achter op het land geplaatst. Ik weet niet of ze daar allemaal wonen. Waarschijnlijk hebben ze in het bos al hun eigen schuilplaatsen gevonden. Toch maken we de huisjes egelproef, zodat ze daar hun winterslaap kunnen houden en in het voorjaar misschien een liefdesnestje kunnen bouwen. We blijven opletten dat ze genoeg water krijgen. Mensen mogen gerust bij de egels komen kijken, maar ze niet storen in hun slaap.
Ze hebben hun slaap hard nodig om te groeien. Buiten hun winterslaap slapen ze overdag wel 16 uur met tussenpozen.
In het voorjaar, rond april, worden de egels weer wakker en zijn ze oud genoeg om slakken te zoeken. Als ze wakker zijn kunnen ze heel snel rennen.
Nou hebben ze dat voor slakken niet nodig zou je zeggen, maar ze eten er erg veel. Wel 400 op een nacht.”
Noem het projectie, maar als je het Swantien vraagt, zullen de egels van Buitenleeft een heerlijk leven hebben. “Een plek waar ze zichzelf kunnen zijn en waar ze zich kunnen uitleven en ouder worden dan verwacht. Waar ze zich fit voelen.”
Als ik haar tot slot vraag wat zij zelf het leukst heeft gevonden aan de egel-adoptie tot nu toe, zegt ze het volgende: “Ze spreken zo tot de verbeelding. Als fabelfiguren leven ze hun mysterieuze nachtleven. Al eeuwenlang bestaan deze dieren zonder dat ze erg veel zijn veranderd. Ze zijn nu wel bedreigd, omdat er in de meeste tuinen geen ruimte meer is voor egels, wel tegels.” De egel staat voor haar bij lievelingsdieren op de eerste plek. “Al blijft het een roofdier natuurlijk.”
We zijn benieuwd of de gewassen het volgend seizoen beter gaan doen als we minder slakken hebben door onze nieuwe vrienden. Swantien hoopt dat door de egels “de boel weer een beetje in evenwicht komt.” Later voegt ze daar nog aan toe: “Alhoewel ik ook heb begrepen dat egels ook groente en fruit eten. Dat is dus weer een nieuwe uitdaging.” Komt tijd, komt raad!
– geschreven door Candide –
1 reactie
Judith
Wat een ontzettend leuk verhaal, Candide.
En een fantastische actie van Swantien en alle vrijwilligers die hier een steentje aan bijdragen.
Dank voor jullie inzet voor de egels en het Landgoed!